Tips van de Kweker.

Hoe zonnebloemen zaaien?

Zonnebloemen zijn makkelijk om zelf te kweken. Maar hoe lukt dat nu het best? Hieronder geven we een stappenplan om tot het beste resultaat in het zaaien, oogsten en verzorgen van zonnebloemen te komen.

1. Plek uitkiezen

Omdat zonnebloemen behoorlijk hoog en groot kunnen worden, is het belangrijk de juiste plek uit te zoeken. Zo houden zonnebloemen niet erg van wind, dus kun je de zaden het beste zaaien langs een heg of beschutting, de zijkant van het huis of achter een rij bomen.

Daarnaast doen zonnebloemen het erg goed in warme tot hete klimaten met veel zon overdag. Zoek dus het zonnigste plekje op in je tuin en plant de zonnebloemzaden het liefst aan de noordkant van je tuin zodat ze straks de hele dag zon krijgen. Ook zorgen ze zo voor de minste schaduw voor de overige planten.

2. Uitzaaien

Zaai de zonnebloemen uit op een zaaibedje in de volle grond. De beste tijd om dit te doen is van half april tot en met mei, zolang de temperatuur ’s nachts niet lager komt dan 10 C°. De zonnebloemzaden worden 2,5 centimeter diep in de grond gestopt op een warme, zonnige plaats. Zaai 2 – 3 zaadjes in een plantgat, waarbij een afstand van 20 centimeter aangehouden wordt tussen de plantgaten. Dun afdekken met potgrond en voor optimale groei de grond flink vochtig houden totdat de eerste de echte blaadjes verschijnen.

Hoewel zonnebloemen op bijna iedere grondsoort gedijen, houden ze het meest van een beetje zure tot alkalische grondsoort met een pH tussen 6.0 en 7.5. Bij een tuincentrum zijn sets te koop om de zuurgraad van de aarde te controleren.

Is de grond te zuur, dus de pH-waarde lager dan 6.0? Dan is extra kalk de oplossing om de pH-waarde te verhogen. Is de pH-waarde hoger dan 7.5? Verlaag dan de zuurgraad door de grond met zure compost aan te vullen.

3. Uitplanten

Als de zaadjes van de zonnebloemen eenmaal ontkiemd zijn, schieten de planten al snel de hoogte in en ongeveer 5 à 6 weken na het zaaien zijn de planten klaar om uitgeplant te worden.

4. Verzorgen

Zonnebloemen zijn makkelijke inheemse planten. Veel verzorging hebben ze dan ook niet nodig. Alleen het wekelijks vochtig houden van de grond en afschermen of opbinden tegen de wind is vaak al voldoende.

Geef extra water als het droog en warm weer is. Zorg echter wel voor een goede afwatering. Zonnebloemen kunnen namelijk niet tegen een té natte bodem.

5. Beschermen

Hoewel zonnebloemen sterk en makkelijk zijn, kunnen ze af en toe wel wat hulp gebruiken. Bijvoorbeeld door ze af te dekken bij strenge vorst en te beschermen tegen de wind. Ook vogels kunnen plagen door de gerijpte zaden weg te pikken. In dat geval kunnen de bloemen beschermd worden door ze in te pakken in bijvoorbeeld vliesdoek.

6. Genieten

Zonnebloemen groeien snel en bloeien soms wel van juli tot oktober. In die tijd is het heerlijk genieten van die kleurige, knalgele kleuren om je heen. Gezien dat de zonnebloemen gedurende de dag met de zon meedraaien? Zo kijken ze ’s ochtends naar het oosten en ’s avonds naar het westen, leuk hè?

7. Oogsten

Als de zaden rijp en bruin worden en de reusachtige bloemen van de zonnebloem beginnen te hangen, is het tijd deze af te snijden. Knip de bloemen met vijf centimeter steel af en hang ze op hun kop in een geventileerde ruimte.

Om de zaadjes eruit te krijgen, laat je de kop vervolgens drogen. En dan komt het leukste…. Want wat te doen met dat zaad? Volgend jaar weer planten, bewaren als wintervoer voor de vogels of gewoon zelf eten! Geniet!